“Les geven is heel wat gemakkelijker dan les nemen”
“Les geven is het meehelpen bewust te worden van het nog onbewuste”
De omgeving van het pianospelen:De plaats van de piano : is bijna altijd in de huiskamer en dat is dus bijna altijd verkeerd! (TV, telefoon, bezoek, kids...)Een tweede digitale studiepiano in een studeerkamer (het liefst op de begane grond ) is de oplossing ( kosten plus minus 400 € op marktplaats.nl). Soms zijn deze piano’s ook transportabel in de auto en dat is ook weer ideaal voor samenspel bij anderen.
Koop een traploos verstelbare pianobank of een opvouwbare pianobank van goede kwaliteit. Draaiende zgn. pianokrukken zijn taboe. Een goed passende stoel met rugleuning is ook heel goed. Zit laag dat wil zeggen de handen net iets boven de ellebogen dus zit een beetje “onderuit”. Zit relaxed alsof je een boek aan het lezen bent.
 |
| op school |
lamp die naast de piano staat en in een richting
(de piano) een sterk licht verspreidt.
(dus niet het onafscheidelijke zgn. desk top “piano-lampje”)
Leesbril : koop een leesbril met zo groot mogelijke glazen.
Leg deze bril in de piano naast de potloden (3) waaraan een gum
vastzit en naast het lineaaltje en de gele viltstift!
Naast de piano staat de piano-kast deze is vanaf de piano
bereikbaar zonder opstaan ! Bewaar de boeken rechtop
en niet op stapeltjes want dan zijn ze moeilijk te zoeken.
Het audio opnemen en afspelen van hoe je speelt.
Is uitermate goed en werkt heel goed autodidactisch.
Wel moet het audio apparaat dan permanent bij de
piano staan want het steeds apart moeten aansluiten is
geen optie.
Koop en snij hard rubberen vloer stukjes onder de poten
dat zorgt voor minder contact geluid (buren).
Koop een A4 pianotas voor uw pianoboeken (laptoptassen
zijn daarvoor heel geschikt).
De piano
Een gewone piano is voor de amateur geschikter dan een vleugel.Een hoge piano (130-135 cm hoog) is ook mooier dan een kleinere.Het heet dan een concert-piano vanwege de vollere klankkleur.De aanslag van een piano is eenvoudiger dan die van een vleugel.Door de kleinere weg van de toets naar omlaag. Moderne digitale piano’s hebben ook de vleugel aanslag. Er is dus wel meer expressie in te brengen dan in een piano. Digitale piano’s zijn in opmars: De buren hebben geen last, je kan jezelf opnemen, er zit een metronoom in, je kan erop orgelspelen, je kan transponeren en je kan ze verbinden via G-MIDI aan een keyboard, aan PAudio apparatuur en aan de USB uitgang van een computer.
Het opkrikken van je enthousiasme voor pianospelen:“Dit heb ik ook altijd willen kunnen.....”Als je een beetje piano kan spelen dan weet je dat deze uitspraak wel een beetje dom is...pianospelen kost discipline minstens een uur per dag...speel daarom niet langer dan 15 of 30 minuten achtereen maar dan wel twee of viermaal. Het geheugen werkt nou eenmaal op die manier en voor een muzikaal geheugen is emotie belangrijk.Piano leren spelen is echt studeren! Daarom moet je jezelf steeds enthousiast maken. De vooruitgang blijkt pas na een jaar.Speel daarom af en toe stukken die je vorig jaar deed....dan merk je de (langzame) maar gestage vooruitgang.
Iedereen is uniek. Uw pianospel is daarom altijd uniek al denkt u dat dat niet het geval is. Uw aanleg is uw handelsmerk! Niemand anders heeft die aanleg al heeft u het gevoel dat dat wel zo is. Het is onwaar!
Ga dan ook niet iemand anders of zelfs een CD nadoen! Probeer juist uw unieke pianistische eigenschappen te cultiveren en neem een voorbeeld aan de pianomastodonten van de jaren veertig van de vorige eeuw. Errol Garner kon zelfs geen noot lezen!
Vergaap je vooral niet aan de goede amateurs, zij lezen ook niet zomaar van het blad maar hebben vaak enorm veel gelezen en kennen dus ook dat stuk waarvan jij denkt dat ze het a vue spelen!
Lees de levensbeschrijvingen van componisten (de Slegte)
Vooral boeken over die componisten die je aan het oefenen bent.
Bezoek pianoconcoursen van talentvolle kinderen.
Wordt lid van Contutti.nl ivm. eventuele instrumentale partners.
Bezoek marktplaats.nl ivm. aan te schaffen hardware.
Bezoek amateurmuziek.nl ivm. eventuele instrumentale partners.
Bezoek piano-groepen van bijvoorbeeld Yahoo of MSN.
Stop een aantal pianopagina,s (bv.start-pianopagina) in uw web- favorietenlijstje.
Koop de tip-boekjes serie (piano en keyboard, zang, muziek op papier).
Lees de pianowereld (pianowereld.nl) (abb. 50 € ).
Neem les ...na selectie!!! (niet alle professionals zijn educatieve
toppers!) De beste voetbaltrainers zijn per definitie ook niet de beste
voetballers!
Wijze van spelen
Realiseer je vooraf in je hoofd wat je gaat doen nl: Wat is de toonsoort? Hoe gaat de melodie? Hoe loopt de maat? Welk tempo ga ik spelen? Dan pas beginnen. Oefen met weinig expressie, het mooier willen maken is nog taboe,Speel tijdens het oefenen niet hard want u bent enig luisteraar. Probeer nooit ongelijk te spelen tussen rechts en links.Speel de LH altijd zachter dan de RH en laat de lead-melodie bovendien nog eens extra uitkomen.
Speel steeds alsof er iemand anders is die meeluistert. Uit eigen opnames blijkt wel dat wat je zelf hoort geheel anders klinkt dan wat een ander hoort! (en dat is dan meestal veel minder...)
In je hoofd klinkt het zoals je het eigenlijk had willen spelen.Noten lezen : altijd minimaal een maat maar liever twee maten vooruit lezen (net als gewoon zinnen lezen).
Akkoord symbolen, toonladders, ritme en maat, vingerzetting
Ga de wereld van de akkoord symbolen in zelfs bij klassieke muziek, zelfs bij Bach!
Alle componisten beheersen alle akkoorden intuitief (evenals de toonladders). Er zijn pianoamateurs die ook zo in elkaar steken maar het zijn de grote uitzonderingen.
Ga geen akkoordsymbolen instuderen uit een akkoorden boekje, ga ook geen toonladders uit een boekje studeren.Dit is allemaal dodelijk voor uw noodzakelijke enthousiasme.Schrijf de akkoordsymbolen onder de onoverzichtelijke akkoorden en loopjes (klassieke muziek).
Bij de meeste lichte muziek staan de akkoordsymbolen wel vermeld.Helaas soms boven de noten vaak onder de noten en vaak ook slecht leesbaar. In dat geval alles duidelijk overnemen en tussen de LH en RH zelf overnemen. Verdeel deze soort stukken in Intro, Opmaat, Couplet, Bridge, Refrein, Code en Slot
De toonsoort : meestal het laatste akkoord of :
Bij mollen : de voorlaatste mol
Bij kruisen : halve toon hoger dan het laatste kruis.
Akkoord symbolen er zijn helaas in verschillende notaties voor hetzelfde. Ook gebruikt men alleen akkoorden met mollen en alleen de des en de ges worden altijd als kruis akkoord cis en fis vermeld! Daarmee zijn niettemin voor de piano alle akkoorden te definieren.
Ritme en maat: voor logische denkers een kriem en daarom vaak al als kind nooit goed begrepen!
Er is geenenkel verband tussen de lengte van de noot en de plaats op de balk. Er is geen verband tussen de lengte van de noot en de maatstreep.De maatstreep is willekeurig en volgt de kleinste eenheid van melodie
bv. 2/4 ; 3/4 ; 4/4 ; 3/2 ; 5/4 etc.
boven de streep : aantal tellen binnen een maat
onder de streep : verhoudingsbreuk tot een hele tel (hele noot)
Het is heel goed mogelijk dat de lengte van een hele noot meer is dan de lengte van een maat (bv. 3/4 of zelfs minder dan een maat bv. 3/2)
Je zou het logischer vinden dat 3/4 bv. 3/3 zou heten waarbij de lengte van een noot gelijk blijft aan de maat, maar zoiets bestaat niet (historisch zo gegroeid).
De vingerzetting: heel eenvoudig... gaat het notenbeeld in devolgende maat omhoog...begin dan vooral steeds met de duim (RH),
gaat het notenbeeld naar omlaag begin dan steeds met de pink (RH).
Voor (LH) geldt dan het omgekeerde. Verder vooral niet teveel turen op vingerzettingen. Slechte pianoleraren doen niet anders dan daarover praten! Maar u wordt immers nooit een professional dat is helemaal uw bedoeling niet!
We gaan beginnen…
Ga eerst eens kennismaken met de meest nabijgelegen copy-shop u zult er kind aan huis worden....en alle auteursrechten met voeten treden! (geld ook voor klassieke componisten die al meer dan 75 jaar geleden zijn overleden want ook op de wijze van uitgeven rusten rechten!).
Wordt vervolgens lid van een grote bibliotheek met een muziek afdeling. Hoofdregel voor het snel leren lezen van notenschrift:
Speel de meest simpele stukken, streef daarbij in het geheel niet naar perfectie. Begin vooraan in het boek, kruis aan wanneer je het eenmaal hebt gespeeld. Neem hetvolgende stuk, dan weer aankruisen etc.
Als het boek uit is, opnieuw beginnen tot er bij ieder stuk 10 kruisjes
staan.....dan....volgende boek.....
Bereken vooraf heeveel tijd een boek in beslag gaat nemen.
Bijvoorbeeld 15 minuten een stuk...dit is 4 per uur en 20 in 5 uur.
Alles 10 kruisjes is 50 uur maar wel korter want het tempo is steeds
iets hoger,dus stel bijvoorbeeld 40 uur.
Blijf nooit hangen op moeilijke passages maar ga door en kringel ze aan en oefen de kringels apart 10 keer.
Attentie: het aantal kruisjes is heel sterk afhankelijk van uw opname vermogen en dus uw geheugen! Ook 5 of minder kruisjes kunnen voldoende zijn! Dan wordt de studietijd gehalveerd!
Als het boek de moeite waard is, koop het of copieer het!
Beginners boeken :...bijvoorbeeld diabelli, clementi, kuhlau ed
(niet Scerny, Hanon ed...)
wel bv. Christiaan bach; Carl f.em. bach
leerboek van anna m m bach.
Er zijn ook oefenboeken voor het genre
lichte muziek maar dat kan men beter
tot later uitstellen.
De gevorderde pianist
het vervolg: de 18 e eeuw, eerste helft: de verweven melodieën
handel en bach (bv inventionen, kleine preludien)
(handel is commercieeler dan bach en daarom leuker)
heel geschikt zijn ook begeleidende partijen voor
instrumentale muziek of voor zang
bv pergolesi “stabat mater”,handels fluitsonates,
liederen van Bach.
het vervolg: 18 eeuw, tweede helft: de harmonieen
Haydn en Mozart
De sonatevorm (= symphonische vorm)
De beide hoofdthema’s, de doorwerking en de reprise.
Het standaard werk voor iedere pianist zijn de 50
sonates van Haydn. Stuk voor stuk juweeltjes.
Deze sonates doornemen kan een jaar studie vergen
Maar het is het meer dan waard. (let niet op perfectie)
De 20 sonates van mozart ; genialer in opzet (zie o.a.zijn tweede hoofdthema,s) en ogenschijnlijk niet zo moeilijk (hoed u voor de sonate facile....niet aan beginnen!) maar… in 10 keer spelen zijn ze niet te leren (20 tot 50 keer!)Dit vergt dus weer een jaar studie.....
Tip: Haydn en Mozart zijn genieen in magnifieke adagio’s (andantes) begin eerst met alleen alle adagio’s te oefenen.
De rest.... de negentiende eeuw, de eeuw van de dynamiek
Beethoven hij is een heel pianistische componist.
Een stuk of tien sonates zijn zeer aan te raden...,
de rest is goed voor professionals.
Mendelssohn: 50 Lieder Ohne Worte : prachtige
melodieen voor de piano amateur.
Schubert: veel van zijn sonates zijn zowel voor profs als voor amateurs bijzonder aan te raden.
Natuurlijk zijn zijn “klavier stucke” ook zeer de moeite waard maar zeker zo lastig!
Erg de moeite waard zijn de pianopartijen voor
zijn 600 (!!) liederen.
Chopin een klasse apart; kies voor zijn 60 mazurkas
Het zijn juweeltjes voor de piano amateur.
Schumann: album fuer die jugend en kindeszenen;
Liederen bundels (pianopartij) de rest is voor profs!
Brahms : voor professionals maar sommige intermezzo’s zijn wel prachtig.
Ook zijn liederen bundels kunnen worden benut
als piano muziek voor amateurs.
Grieg : Lyrische Stuecke 66 toppertjes voor de amateur.
De twintigste eeuw: de eeuw van het ritme
Veelal ongeschikt voor de amateur (er zijn uitzonderingen die de regel bevestigen)
Lichte entertainment muziek : dit is de piano-schat
van de 20 e eeuw.
jaren twintig ... strak in de maat, beetje kinderachtig
jaren dertig ... de grote mastodonten : duke ellington, cole porter, gershwin, jerome kern, ook de spirituals (Billie Holiday)
jaren veertig... eigenlijk het hoogtepunt van de
piano mastodonten
De tweede helft twintigste eeuw: pianistisch veel minder aantrekkelijk want de commercie viert hoogtij
(langdradig, slappe melodieen, key changes, fade away’s, absurde ritmes en afwezigheid van de Jazzy harmonieen en afterbeat om nog maar te zwijgen van de onspeelbare hiphop ed.)
Een en twintigste eeuw: opkomst van de wereldmuziek en de new-age muziek (een teruggaan naar basics).
Vijf jaren plan: Maak een pianistisch vijf jaren plan met jezelf.
Zorg dat je heel precies weet waar je vandaan komt en waar je naar toe wilt gaan. Uiteraard kan en moet dit plan steeds worden bijgesteld.
Het einddoel van uw piano studie:
Helaas....een echt einddoel kan er niet zijn, alle toppianisten zijn
altijd maar aan het doorstuderen ook al lijkt het dat ze “er al zijn”
Dat is een groot misverstand.
Heel in het algemeen zijn pianisten een beetje een beta-type
Vaak zijn ze behoorlijk intelligent en zo zien ze er vaak ook uit.
Vandaar dat ze soms idool zijn voor sommige met wat minder intelligentie bedeelde ladies!!
Maar die realiseren zich al de gedane moeite allerminst. Hun idool
kreeg die begaafheid immers in de schoot geworpen! Want stel je voor dat het anders zou zijn dat past niet bij hun idool!
Toch zijn er doelen:
1- De eigen muzikale vorming (misschien zingt u zelfs ook)
Wat neem ik mij voor te kunnen spelen binnen x-tijd?
2- Emotionele uitlaatklep voor wat verstandelijk aangelegde
mensen (zoals pianisten nu eenmaal vaak zijn)
3- Spelen voor anderen :
in kleine kring waar het klassieke muziek betreft want op professioneel niveau zal dat nooit zijn weggelegd.
4- Spelen samen met anderen : het is heerlijk om instrumentalisten en zangers te mogen begeleiden (pas op voor zangers ..zij gaan ervan uit dat u alles a vue speelt!)
5- Er is veel vraag vanuit amateurs en koren voor goede pianisten als begeleider.
6- Spelen voor anderen:
er zijn mogelijkheden voor spelen voor anderen:
in verzorgingshuizen, voor koren en in restaurants (hoewel
dit steeds moeilijker wordt want er is altijd auio apparatuur op de achtergrond als concurrent) tijdens recepties en op feestjes
Koppeling van een digitale (stage) piano aan keyboard en audio
apparatuur is dan de enige mogelijkheid.
Bedenk dat u optreedt dus zorg altijd voor een correcte verschijning dit kan ook een extra kostenpost worden!
7- U mag betaald worden : vraag ook geld want u bent het waard!
Vergeet daarbij niet de fiscale regels zoveel mogelijk te omzeilen!(er bestaat bruikbare literatuur hierover…)
